Gunther Verspecht

Het waaargebeurde verhaal over coverband Midlive & Gunther Verspecht van Stash!

Hoe de samenwerking tot stand kwam...

Covergroep Midlive, die aan hun muzikale carrière begonnen zijn op de eerste editie van het "Feest in de Molenstraat" te Liedekerke op zaterdag 3 juli 2004, hebben Gunther leren kennen op donderdagavond 27 september 2007.

Q-music had ervoor gezorgd dat ofwel ene Werner uit Rijkevorsel ofwel ene Dimitri uit Liedekerke een echte ruimtereis mocht maken. Het ging er van af hangen wie de meeste duo-foto's kon laten maken op de eindstrijd van een radiowedstrijd van Q-music.

Liedekerke won vanzelfsprekend met veel voorsprong. Details over dit buitengewoon Likerts astronautverhaal helemaal onderaan in de persmap.

Zoals iedereen ondertussen wel weet heeft Midlive steeds meegewerkt aan zulke speciale evenementen die mensen bij mekaar brengen. Echter vlak voor dat ze moesten optreden was het wel nog eerst de beurt aan Gunter Verspecht van Stash die de jaren voordien mega bekend was geworden met z'n monsterhit "Sadness".

Na het optreden van Stash en terwijl Midlive hun opwachting maakte op het podium raakte Gunther aan de praat met Hans, de manager van Midlive. De frontman van Stash vertelde dat hij die zomeravond eigenlijk liever mee had gezongen met de Liedekerkse coverband ipv alleen met z'n gitaar op het podium te staan. Manager Hans, die dank zij zijn muzikaal parcours toch al het één en ander gewoon was, was stomverbaasd dat de Gunther eigenlijk heel gewoon bleef ondanks z'n naambekendheid.

Dat was het begin van een heuse vriendschap tussen die twee. De avond zelf nog, toen ongeveer heel de gemeente Liedekerke dronken was omdat medewerker en goede vriend Jan De Vriendt verkeerdelijk een vat zware Malheur had gestoken ipv de normale pils, bleven ze serieus zwaar hangen in café Den Appel en de rest is geschiedenis: meer dan vijftien maal is er achteraf een samenwerking geweest tussen Gunther en de Midlive- & Horny Horns-mannen. Pure chemie steeds op het podium tussen Gunther en zanger Erwin van Midlive, maar ook met de rest van Midlive.

Midlive-manager Hans en Gunther zijn al verschillende keren gaan dineren maar vandaag op zaterdag 14 januari 2023 is het de eerste keer dat Hans tijdens het diner geen gunst gaat vragen aan Gunther in de vorm van één of ander gratis optreden voor het goede doel. Vandaag blikken we met heel veel plezier eens terug op al die memorabele optredens die we samen hebben meegemaakt.

Eigenlijk veel te veel superavonden om ze allemaal op te noemen maar hier toch een poging om de highlights even uit te lichten.

Tip: je kan op de foto's klikken om ze te vergroten.

  1. Zaterdag 29 november 2008 - 5 jaar Midlive - De Vrede / Denderleeuw

2. Zaterdag 26 februari 2011 - Huisconcert 1 ten huize Jünger - De Backer / Liedekerke

1ste Huisconcert ten huize Jünger

3. 13 september 2011 - Repetitie The Mix - Ikso Denderleeuw

4. Zaterdag 24 september 2011 - The Mix 1 - GC Warande / Liedekerke

5. Zaterdag 26 november 2011 - The Mix 2 - Kapel Bodegem

6. Zaterdag 27 april 2013 - Stiftekesfuif / Dilbeek

Met special guest Gunther Verspecht van Stash!

7. Zaterdag 15 juni 2013 - Stash met cava - Huisconcert 2 ten huize Jünger - De Backer / Liedekerke

8. Zaterdag 14 september 2013 - Bouwfeesten / Opdorp

9. Dinsdag 4 juni 2014 - Acoustisch ten huize Jünger - De Backer / Liedekerke

10. Zaterdag 20 september 2014 - 10 Years Midlive - GC Warande / Liedekerke

11. Vrijdag 28 november 2014 - Visit from Spain - Signaal / Liedekerke

12. Dinsdag 14 juli 2015 - Repetitie Midlive in Ikso / Denderleeuw

13. Vrijdag 17 juli 2015 - De Mèt Duvelt - Markt / Asse

14. Zaterdag 12 september 2015 - Harmonie Dendergalm - Markt / Asse

15. Zondag 4 oktober 2015 - Kermis De Kikker / Liedekerke

16. Donderdag 17 december 2015 - Ring-tv Bal vd kijker - Spiegeltent / Vilvoorde

17. Zaterdag 1 september 2018: Pajotfeesten / Strijtem

18. Zaterdag 24 november 2018 - The Last Show - Ikso / Denderleeuw

Vanaf minuut 8:46 zie je de Gunther aan het werk met Midlive & The Horny Horns

19. Woensdag 25 mei 2022 - Allemaal Warm Rockt - GC Warande / Liedekerke

Vanaf minuut 45 zie je de Gunther aan het werk met Midlive & The Horny Horns

History

Stash werd opgericht in 1997 in Opwijk. Zeven jaar later had de band een mega-hit met het prachtige nummer "Sadness".

Het nummer brak de records van Ultratop, de officiële hitparade van België, door in Vlaanderen zowel de langst genoteerde plaat in de top 10 te zijn als de langst genoteerde plaat in de hele Ultratop 75. In de clip van "Sadness" waren verschillende bekende Vlamingen te zien zoals Axl Peleman, Guy Swinnen, Luc De Vos, Stijn Meuris en Walter Grootaers. In de clip van "Shelter from evil ones" speelden de moeders van de vier toenmalige bandleden dan weer de hoofdrol.

In de zomer van 2005 stond Stash onder andere op Rock Werchter. De bezetting van de band veranderde door de jaren heen verschillende keren, maar frontman zanger-gitarist Gunther Verspecht is een vaste waarde. De huidige bezetting bestaat naast Gunther Verspecht uit Ht Roberts, Bruno Deneckere, Nils De Caster en Niels Delvaux.

Manager Hans: "De Gunther is inmiddels ook een goede vriend geworden waar mijn vrouw en ik samen met zijn vriendin Lena regelmatig eens mee gaan eten, nen toffe gast van de kanten van Merchtem en Opwijk en dan nog ene zonder capsones, zo hebben we het graag."

Stash - "Het klinkt niet rock-'n-roll, maar ik kan geen dag zonder mijn kindjes"

Sinds eind 2004 kent heel Vlaanderen Stash, de groep rond Gunther Verspecht. De sympathieke Opwijknaar werd plots overal opgevoerd, verwezenlijkte twee van zijn dromen en kon eindelijk écht met muziek bezig zijn. Na de hele hectiek rond Sadness en het album 'Rock ’n Roll Show', die het allebei tot nummer één schopten, keerde de rust toch terug. Verspecht is ondertussen vader van twee kindjes en verhuisde naar Merchtem. Hij voerde enkele personeelswissels door in zijn groep en nam volop de tijd om aan de opvolger te werken. Die heet ‘Blue Lanes’ en ligt nu in de platenwinkels.

Interview Stash, alias Gunther Verspecht.

Vanwaar de titel ‘Blue Lanes’?

Die ontstond eigenlijk heel toevallig in de studio, met onze drummer en halve producer Marc Bonne. Ik was de tekst van het laatste nummer Trade Your Rights For Wrongs nog wat aan het bijschaven en daarin komt de regel “The mystery that lies beneath deep into those blue lakes”, waarmee ik ogen bedoel waar je heel diep in kan kijken. Marc had verkeerdelijk 'Blue lanes' gelezen. We hebben voor de plaat heel lang de werktitel ‘Songs For The Left Alone Concubine’ gehad, maar dat was toch wat te speciaal. Met 'Blue Lanes' klopte het plaatje volgens Marc wél.

Is ‘Blue Lanes’ een nieuw begin omdat het met een nieuw bezetting is?

Een nieuw begin is het altijd wel een beetje als je een nieuwe plaat uitbrengt, want het is toch weer van nul beginnen. We hebben er lang over gedaan, maar ik wou de plaat ook maken met de mensen die ze live zouden spelen. Dat is een heel groot verschil met de vorige plaat: er waren veel meer middelen en we mochten zoveel tijd nemen als we wilden. Ik had al veel nummers gemaakt en daar konden we dan op ons gemak een mooie filter van maken, zodat de plaat een echt geheel vormt.

Sturen de nieuwe bandleden je ook in een andere muzikale richting?

Ja, met andere muzikanten babbel je heel veel over muziek en in de twee jaar dat we over deze plaat gedaan hebben, heb ik veel nieuwe dingen leren kennen. Zo ga je zelf toch meer een andere richting inslaan, want die muziek beïnvloedt je toch sterk.Zoals?Van Bill Withers ben ik echt fan geworden en ook van iemand als Dusty Springfield bijvoorbeeld. Wij hebben voor deze plaat in de studio ook vaak geluisterd naar ‘Rumours’ van Fleetwood Mac.

Vroeger werd Stash vooral vergeleken met 16 Horsepower. Is dat nu afgezworen op de nieuwe plaat?

Nee, dat denk ik niet. Die vergelijking was ook meer van toepassing op de eerste twee platen, toen de groep nog Stache heette. Die vergelijking is wel blijven bestaan, maar in mijn ogen was ze op de vorige plaat al niet meer van toepassing. Ik heb dat sindsdien ook bewust gescheiden van wat ik met Stash doe. Als je te veel stijlen begint te combineren op één plaat of in één groep, dan ben je eigenlijk mossel noch vis, terwijl ik echt wel een duidelijke richting wou geven. Maar 16 Horsepower heb ik zeker niet afgezworen. Ik ben zelfs bezig aan een tribute band waarin ik ga zingen en gitaar spelen, omdat 16 Horsepower gesplit is. We gaan onszelf the Black Soul Choir noemen (een nummer van de groep, nvdr.) en de groep bestaat uit Bart Van Lierde, de bassist van Zita Swoon, gitarist Filip Heylens van Les Truttes en Wim Geenen die bij Swinnen gedrumd heeft. We brengen covers en ook een aantal eigen nummers die echt niet passen bij Stash.

In de nieuwe nummers van Stash speelt de piano een heel nadrukkelijke rol. Is dat een bewuste keuze of groeit zoiets automatisch?

Dat gebeurt automatisch, misschien door veel piano te spelen en me daar comfortabeler op te voelen. Ik ben sowieso als instrumentalist beperkt. Ik speel piano en gitaar en dan nog wat andere dingen, maar ik ben in niks heel goed. Ik heb wel drie jaar piano gedaan, maar ik ben niet klassiek geschoold. Ik wil dat ook zo houden, omdat het dan puur en verrassend blijft.

Hoe ben je muzikaal geëvolueerd op de vier albums die je tot nog toe gemaakt hebt?

Tussen de eerste drie platen zit er wel een verschil, maar toch blijven ze muzikaal in hetzelfde genre. Je hoort ook een groep die nog niet zo goed weet waar hij naartoe moet, zeker op de eerste twee albums. De derde is al iets coherenter. Maar voor deze plaat vind ik dat we op twee jaar tijd nog nooit zoveel geleerd hebben, zowel op muzikaal, tekstueel als productioneel vlak. Plots kwam ik in aanraking met professionele mensen. Ik moest wel mee op die trein springen. Het resultaat is volgens mij een volwassen plaat, die echt één groot geheel vormt, zoals dat in de jaren ‘70 schering en inslag was. Ik wou dat de verschillende scènes op de plaat toch in dezelfde film zouden blijven. Ik had nooit verwacht dat het zo’n totaalpakket zou zijn. Ik dacht dat je altijd wel zou blijven merken dat het maar iets Belgisch en klein was. Niet dat we strijkers of grote producties hebben gedaan, maar toch vind ik dat het eindresultaat zeer werelds oogt en groots is in zijn kleinheid.

Ben je dan eigenlijk nog wel fier op je vorige platen?

Natuurlijk, want op het moment dat je dat gemaakt hebt, is dat telkens toch wel heel speciaal. Doordat Sadness zo’n heel groot succes was, leek het alsof dat niet meer van mij was. Ik mocht daar op een gegeven moment precies bijna niet meer fier op zijn, maar ik ben dat wel. Op heel die plaat trouwens, want we spelen ook al die nummers nog.

Wel met een andere bezetting. Het vriendengroepje van weleer is niet meer.

Zo’n jongensgroep was tof, maar had voor- en nadelen. Dat werd door niemand serieus genomen, ook door de groep en mezelf niet. Dat is ook niet zo goed. In het begin speel je dan altijd met vervangers, maar ik merkte gauw dat er geen enkel goed optreden bij was. Daarom wilde ik vooraleer we aan de plaat begonnen echt goede muzikanten vinden waar het mee klikte om lang mee samen te spelen. Dat was geen gemakkelijke zoektocht, want we hadden niet zoveel optredens vorig jaar en dan heb je weinig te bieden natuurlijk. Als je dan professionele mensen neemt, kan je niet verwachten dat die voorrang aan jou geven. Er moet ook bij hen brood op de plank komen, natuurlijk. Maar de nieuwe groep is fantastisch! We hadden onlangs een aantal optredens in Duitsland en als je tien uur in een klein busje naar Berlijn rijdt, dan weet je of het klikt. Het is ongelofelijk dat hetzelfde gevoel als vroeger er is. Dit zijn allemaal muzikanten die er écht voor gaan. We doen er allemaal nog dingen bij, maar dat komt op de tweede plaats, ná Stash.

Het is dus echt wel een band en niet Gunther Verspecht en muzikanten?

Naar buitenuit wil ik echt een groep zijn, ook voor mezelf. Ik wil echt sterk repeteren, blijven hangen met de mannen en ’s anderendaags dan allemaal met een kater optreden. Dat is plezant en je trekt aan dezelfde koord. Ik ben me er wel van bewust dat het naar de plaat toe misschien eerder geprofileerd wordt rond mijn persoon. Maar als je je als band profileert, moet je ook interviews doen met de band. Dat is niet altijd even evident. Als het dan gaat over inhoud en nummers - wat de meest voorkomende vragen zijn - dan is dat moeilijk. De rest van de band weet daar niets van, ik schrijf alleen. Ik kan niet vanaf nul vertrekken met iemand anders erbij. Dan moet ik mezelf te veel blootgeven en dat kan ik niet. Ik moet echt al iets op papier hebben staan.

Is dat een vorm van onzekerheid?

Dat zal wel, ja. Mensen laten zich nu eenmaal graag van hun beste kant zien. Als ik een demo gemaakt had ben ik wel bij Marc Bonne te rade geweest. Dat deed ik voordien nooit.

Je bent als een komeet naar de top geschoten dankzij Sadness. Heb je soms niet het gevoel dat het allemaal te snel is gegaan, dat je een paar stappen hebt overgeslagen?

Je hebt honderd procent gelijk, het ging veel te snel. Niemand was daar klaar voor: ik niet en de groep in het geheel niet. Vroeger speelden we in een jeugdhuis ergens in een boerengat voor 30 personen. Bij wijze van spreken stonden we nu een maand later op het hoofdpodium van Werchter en Marktrock. Je wordt daar ook zwaar op afgerekend. Je krijgt aandacht en je gaat daar in mee, maar op den duur ga je je vergalopperen. Het ging op een gegeven moment ook echt niet meer over muziek. Het ging over kleding en kettinkjes en dergelijke. Daar wou ik op deze plaat toch wel komaf mee maken.

Is het dan ook moeilijk om met uw voeten op de grond te blijven, als je zo plotseling in de belangstelling staat?

Ik ben wel altijd erg nuchter gebleven. Natuurlijk vangen hoge bomen veel wind, dat heb ik mogen ervaren. Je bent al meteen een dikkenek als je ergens toekomt en je iemand toevallig niet gezien hebt. Als je je dat begint aan te trekken, ben je sowieso een vogel voor de kat. Ik ben nooit gaan zweven. Ik ben mij altijd heel bewust geweest van mijn kunnen en nog meer van mijn niet-kunnen. Ik ben altijd onzeker en heel zenuwachtig geweest voor alles wat ik moest doen, zowel voor interviews als om te gaan spelen. Ik ben aan Stash, of toch het groeiproces ervan, bezig sinds ik zeventien ben. Op mijn dertigste ging de bal plots echt aan het rollen. Dan zegt men dat het succes plots komt, maar ik was toen al wel 13 jaar bezig, hé.

Ben je er dan ook altijd in blijven geloven dat die doorbraak er ooit wel zou komen?

Nee, totaal niet. Ik was mij er heel hard van bewust dat ik niet in een scene zat. Ik zat niet in datgene dat toen hip was. Ik leefde in Opwijk, met langs de ene kant een wei met koeien en langs de andere kant een wei met paarden. Dat was mijn leefomgeving. Ik ging niet naar Antwerpen of Brussel, ik wist daar niks zijn en ik durfde dat niet. Een echt boerke van Opwijk. Dat is al veel moeilijker om gezien te worden. Je kan maken wat je wil, maar als je in je repetitiekot blijft zitten, weet niemand dat. Dus heb ik ongelooflijk veel geluk gehad dat ik daar in Argentinië dronken op een piano heb zitten spelen en dat Lou Berghmans daar diep van onder de indruk was en er absoluut iets mee wou doen. ’s Anderendaags had ik daar al serieuze twijfels over, want dat hadden er al duizenden gezegd. Maar hij heeft dat ook echt gedaan. Eén persoon kan echt je leven veranderen en je carrière bepalen.

Het album ‘Rock ’n Roll Show’ was ook een enorm succes. Brengt dat nu geen extra druk met zich mee?

Ik zit niet bij een major, maar bij een independent label. Dat is toch wel een verschil, denk ik. De druk bij een major is groot. Daar word je enkele maanden geëvalueerd en als je niet voldoet, word je aan de kant geschoven of toch op een laag pitje gezet. Dat heb je natuurlijk niet bij een kleine platenfirma. Als dit mislukt, is het voor iedereen slecht. Maar de druk was er niet. We - Marc Bonne, Wouter Van Belle en ik - hebben met de platenfirma – het gaat hier om twee personen, want het wordt altijd voorgesteld als een team van 30 man – een selectie gemaakt uit de 50 nummers die ik geschreven had. Dat was echt een heel gezellige manier van muziek maken en daar prijs ik me ook gelukkig voor. Uit contacten met andere muzikanten besef ik maar al te goed dat het ook anders kan en dat ik heel veel tijd, vrijheid en middelen heb gekregen.

Ze pushen je ook in geen enkele richting?

Nee, ze zeggen niet dat ik op een bepaald publiek of op een bepaalde radio moet mikken. Dat wordt totaal niet gedaan. Als er al nummers gekozen moeten worden, dan opteren ze gewoon voor nummers die het best bij mij passen. Maar zowel op muzikaal vlak als qua profilering word ik in geen enkele richting geduwd. Ik doe eigenlijk totaal wat ik wil en ik zou dat ook niet anders willen.

Volg je met spanning allerlei muzikale lijstjes om te zien hoe jouw werk het doet?

Ik vind ze wel belangrijk, want het is toch een teken dat mensen je plaat kopen of er voor stemmen. Dat is altijd wel een gebaar van appreciatie en iedereen vindt dat tof. Toch volg ik die lijstjes zelf niet op de voet. Meestal krijg ik wel sms’jes waarin bijvoorbeeld staat dat ik op nummer 1 sta in de vox van Radio 1. Dat is super, natuurlijk, als luisteraars je naar die plaats stemmen. Ik hoop gewoon dat zoveel mogelijk mensen mijn muziek graag horen. Ik weet wat platen voor mij betekenen en ik hoop dat mijn muziek, in kleinere mate misschien, de mensen ook iets doet. Ik krijg nog steeds mails van mensen over Sadness en I need a woman. Daar zijn veel mensen op getrouwd (lacht) en voor sommigen is het een steun in moeilijke tijden. Je houdt die verhalen niet voor mogelijk. Daarvoor doe je het als muzikant. Het is toch straf dat muziek iets meer kan zijn dan gewoon maar een liedje.

Staan er op deze plaat ook nummers waarvan je verwacht dat ze een tsoenami gaan teweegbrengen?

(lacht) Dat denk ik niet, maar dat dacht ik van de vorige ook niet. Sadness is het gemakkelijkste nummer dat ik ooit in mijn leven gemaakt heb. Dat was echt een kwartier werk, zowel de muziek aan de piano als dat tekstje. Dat nummer ging ineens naar de top, terwijl niemand ons kende. En dan die clip met al die bekende koppen… Je haalt dat goed aan, veel mensen denken dat Sadness het tsoenami-lied is, speciaal gemaakt voor die ramp toen. Ik vind dat er op deze plaat veel betere nummers staan en dat ik qua songschrijven, tekstueel en muzikaal, gegroeid ben.

Sadness is een enorme zegen geweest, maar mag ik ook zeggen dat het een klein beetje een vloek is?

Ja dat is lang een vloek geweest. Maar het positieve overtreft zeker het negatieve. Je zat wel met het feit dat er precies alleen Sadness was. Op den duur sprak ik het in interviews ook verkeerd uit. Als ik het over Stash had, zei ik Sadness. Dat was precies het alter ego van Stash aan het worden. Dat was een beetje fout aan het gaan. Er kon niks anders zijn en alles werd ermee vergeleken. Godzijdank was er ook I need a woman, want dat was qua airplay hetzelfde succes. Dus kon ik toch zeggen dat er meer was dan Sadness, want je hebt natuurlijk wel de schrik om een one hit wonder te worden.

Heb je toch geen schrik dat mensen eigenlijk maar voor één nummer naar jullie optredens komen? Bij Gorki scanderen heel wat mensen ook telkens Mia, terwijl zij ondertussen toch ook al een hele rij klassiekers op hun naam hebben.

Ik ben daar niet bang voor. Ik merk dat dat op optredens niet het geval is. In de hoogdagen gebeurde het wel eens dat de zaal bomvol stond en dat er na Sadness wat minder volk was. Maar dat is nu toch wel gedaan. Ik denk dat iedereen na deze plaat zal weten waarvoor we staan en of je dat graag hoort of niet. Natuurlijk is het wel zo dat iedereen in Vlaanderen dat nummer kent en dat daar op optredens altijd goed op gereageerd wordt. In dat opzicht is het ook plezant om Sadness te spelen. Je krijgt op dat moment veel terug, hé. Maar ik heb net een aantal voorprogramma’s in Nederland gespeeld en daar wordt er dan amper op gereageerd. Er is dan ook wel applaus, maar het publiek gaat niet uit zijn dak. Dat is raar, maar dat zet je wel goed met de voetjes op de grond.

Vind je over het algemeen dat een groep zijn hits moet spelen?

Nee, ik vind dat niet. Ik heb daar onlangs in Leuven een discussie over gehad met Tom Helsen. Ik speelde daar op Open Mic in de foyer van het Depot. Jonathan van Milow organiseert dat en nodigt tien singersongwriters uit die compleet onbekend zijn. Die mogen dan elk twee nummers spelen en de avond wordt telkens afgesloten door iemand die al wat bekender is. Dat is telkens onaangekondigd. Je mag dan vier nummers spelen en ik heb daar Sadness niet gespeeld. Ik had niks voorbereid en deed terplekke gewoon waar ik zin in had. Tom was toen kwaad. Hij vindt dat je altijd je hits moet spelen, omdat de mensen dat verwachten. Ik vind van niet, zolang het maar een goed optreden is. Ik vind het ook goedkoop om je grootste hit pas in de bisronde te spelen, als de zaal het al aan het zingen is.

Is het niet zo dat je vanaf het moment dat je een monsterhit scoort zoals jullie, je bij de muzikaal correcte meute verbrand bent?

Dat merk je wel, ja. Plots ben je commercieel en niet meer credibel, terwijl ik echt uit de alternatieve scene kwam, zeker als je onze twee eerste plaatjes opnieuw bekijkt.

Bedenkelijke reactie.  

Dat blijft duren, hoor. Je mag echt zo goed aanvaard zijn in die milieus, je hebt dan wat succes en dan is het gedaan. Dat kan je blijkbaar niet verenigen, terwijl iedereen dat succes en die erkenning nastreeft.

Heb je dan geen schrik om niet meer van die stempel af te geraken?

Totaal niet, ik hou me daar niet mee bezig. Als je daar mee bezig bent, dan ben je verloren volgens mij. Ze doen maar, ik heb daar ook niet echt last van. Ik kan ook goed om met kritiek.

Ja? Geen Ryan Adams-toestanden? Die kon vroeger absoluut niet om met kritiek en belde zelfs een bepaalde recensent op om zijn mailbox vol te lullen met verwensingen. Kan je daar inkomen of vind je dat te ver gaan?

Dat vind ik te ver gaan. Als je je op datzelfde niveau gaat plaatsen en dezelfde dingen gaat doen en daar veel waarde aan hecht, dan is dat een wapen dat ze in handen hebben om dat in de toekomst nog te doen. Als ze weten dat je daar gevoelig voor bent, hou je dan maar vast. Als bij mij iemand mijn vertrouwen heeft geschonden, geef ik gewoon geen interviews meer aan die persoon. Ik heb dan niks tegen die persoon zelf. Misschien is dat dan ook opgedragen door de hoofdredacteur. Maar ook als je werkt voor de duivel, ben je hem voor mij.

Je hebt door op Werchter te spelen en een duet met Sarah Bettens te zingen twee dromen verwezenlijkt. Zijn er nu nog dromen over?

Ik zou nog graag samenwerken met John Cale. Ik ben daar fan van en heb het in mijn hoofd gestoken dat dat écht iets zou zijn. Bij Sarah Bettens heb ik dat zo vaak gezegd dat het uiteindelijk tot bij haar kwam (lacht). Dat was vooraf uitgedacht. Wat wel waar was, was dat ik op mijn 16e stond te kijken naar een optreden van haar en toen tegen mijn toenmalige vriendin zei dat ik daar echt graag eens een duet mee zou doen. Dat is dan genoeg herhaald tot dat bij haar moeder is geraakt en die heeft dat dan doorgegeven. Plots kreeg ik dan telefoon van madame Sarah Bettens. Ik ging bijna door de grond.

Is het uiteindelijk geworden zoals je het vroeger zag?

Ja, en eigenlijk zelfs nog beter. Die productie en die sfeer… Ik stelde me daar vroeger ook niet veel bij voor, maar opeens werd dat heel persoonlijk hé. Plots komt die daar binnen. Dat is heel raar. Het is lullig om te zeggen hoor, maar als je bekend bent, zijn andere bekenden plots je vrienden. Je hebt elkaar nog nooit gezien en plots doen die heel familiair tegen je, terwijl die je een week voordien niet zagen staan. Maar als je bekend bent, join the club! Al die bv’s doen dat, hé. Pas op, ik zie mijzelf niet als bv. Ik ben gewoon bekend, omdat ik zanger ben. Een bv is voor mij iemand die in panels zit en die in de media werkt. Dat is niks voor mij.

Om opnieuw op Sarah Bettens te komen, heb je nog contact met haar?

Ja, ik ga in Nederland zelfs haar voorprogramma’s doen. Ze is echt een heel goede vriendin geworden. Ik heb sinds begin dit jaar een Nederlander als manager en ik heb die door haar leren kennen. Sarah is een supertoffe madam! Ze is veel meer ster dan ik, zij is ook al zolang bezig op een hoger niveau. Als zij binnenkomt vult ze echt de kamer.

Ben jij daarmee vergeleken wat verlegen?

Verlegen ben ik niet, wel introvert, al zal je daar weinig van merken als ik optreed of interviews doe. Maar ik ga bijvoorbeeld niet graag naar de winkel. Dat is niet omdat ik niet naar de winkel wil, maar daar zijn gewoon te veel mensen. Dat kan ook op twee manieren bekeken worden. Soms wordt dat als negatief ervaren, terwijl anderen het knap vinden dat ik zo eenvoudig blijf. Maar ik had dat vroeger al, dat heeft niets met bekend zijn te maken, dat is gewoon mijn aard.

Heb je soms niet het gevoel dat je het beste al gehad hebt? Op Werchter spelen is voor een Belgische artiest toch het hoogste goed, het duet met Sarah Bettens…

Ja, dat is waar, maar ik heb dat gevoel totaal niet. Omdat ik de set op Werchter achteraf gezien ook niet zo tof vond. Er werd heel veel van mij verwacht en er was een bepaald publiek waar wij bij moesten scoren. Maar onlangs speelden we een try-out voor vrij weinig volk in jeugdhuis De Klinker in Aarschot en dat was voor mij tot hiertoe een van de beste optredens qua intensiteit. Dat er minder volk was dan op Werchter, maakt niet uit. Op Open Mic spelen was eigenlijk ook een intensere ervaring dan Werchter, los van het feit dat ik dat nog altijd het tofste optreden vond. Dat is zoiets groots en het publiek in die tent is echt fantastisch. Je komt op het podium en duizenden mensen gaan uit hun dak. Dat stopte ook niet tijdens dat optreden. Dus in dat opzicht was dat wel de grootste ervaring. Maar ik heb echt niet het gevoel dat het beste al geweest is. Nee hoor, the best is yet to come, denk ik.

Dan denk ik aan het buitenland. Is dat een droom voor jou? Je hebt al in Nederland en Duitsland gespeeld.

Ja, Nederland en Duitsland zijn toch wel een droom. Als de kans zich voordoet, gaan we ze zeker grijpen, al ben ik geen wereldveroveraar. Ik droom er niet van om drie maanden op tournee te gaan. Als ik twee dagen in de studio zit, mis ik mijn kindjes al. Zelfs na één dag. Het is niet rock-’n-roll om dat te zeggen, maar het is gewoon zo. Maar in Nederland is het heel tof om te spelen. Ik merk ook dat onze muziek daar ongelofelijk geapprecieerd wordt. De plaat komt daar eind dit jaar of begin januari uit. Duitsland gaan we ook zeker proberen, omdat we echt denken dat dit muziek is voor Duitsland. “Zadness von Gunther” (lacht). Ja, we hopen wel dat het daar iets gaat doen.

En de rest van de band ziet dat ook zitten?

Ja, we gaan daar proberen te spelen, maar dan wel deftig, hé. Want je kan overal gaan spelen, natuurlijk. Als ik morgen naar Hamburg bel, kan ik daar wel ergens spelen. Maar we willen daar populair zijn en platen verkopen. Met deze laatste plaat zitten we niet meer in het alternatieve circuit. Het is pop en voor een breed publiek. Ook op optredens zien wij letterlijk mensen van 7 tot 77.

Er is dan ook geen enkel publiek waar jij je neus voor ophaalt? Denk maar aan Fixkes en Tien om te Zien.

Nee, we zijn daar ooit voor gevraagd geweest, maar dat was toen een heel drukke periode en we konden echt niet. Maar ik haal mijn neus niet op voor dat publiek. Ik vind dat concept ook niet belachelijk. Ik ben daar geen racist in. Dat alternatieve wereldje is eigenlijk toch wel narrowminded. Dus als dat lukt, dan zou ik daar gaan spelen. Wie ben ik immers om mensen mijn muziek te ontzeggen? Er is wel één voorwaarde: ik wil live spelen. Ik playback niet, ik heb dat ook nog nooit gedaan. Bij Radio 2 Zomerhit indertijd was dat ook de voorwaarde. Daar moesten ze gaan zoeken naar een micro die echt werkte.

Hoe gaat het eigenlijk nog met de Crazy Charlotte in jou?

Goed. Dat is een nummer van de vorige plaat, waarvan de sfeer ook verder leeft op deze plaat. Ik ben iemand die vrij opgewekt is. Ik heb een normaal leven en ik heb kindjes. Dat is allemaal niet speciaal, maar in mijn hoofd is het dat wel. Ik heb in mijn huis nu ook een eigen ruimte en als ik zin heb – meestal ’s avonds – dan is dat zoals in mijn eigen hoofd stappen. Hier kan alles. Hier kan het allemaal fout gaan en hier is het het moment voor excessen. Alles dat niet mag gezien worden, kan hier. Dat is de Crazy Charlotte in mij. Ik heb een hele rare kant in mijn hoofd, ik weet dat gewoon van mijzelf. Als ik die niet aan banden zou leggen, dan zou ik heel rare muziek en heel rare teksten maken. Maar ik wil dat veel mensen mijn muziek graag horen, dus hou ik dat toch maar een beetje in de gaten.

Alleszins veel succes met de plaat!

En nu nog enkele clips:

Onlangs nog te gast in "Het huis": Sam Bettens (vroeger Sarah Bettens).

Stash te gast in "Toogenblik"

Om het weekend goed in te zetten trok ik naar De Linde in Haren naar het concert waar ik al heel lang naar uitkeek “STASH”. In de zomer van 2005 stond Stash onder andere op Rock Werchter. De bezetting van de band veranderde door de jaren heen verschillende keren, maar frontman zanger-gitarist Gunther Verspecht is een vaste waarde. De huidige bezetting bestaat naast Gunther Verspecht (zang, gitaar en piano) uit Ht Roberts (zang en bas), Bruno Deneckere (zang, gitaar), Nils De Caster (zang, piano, lapsteel, mandoline, viool) en Niels Delvaux (drums).

Gunther Verspecht bewees vroeger al dat hij een excellente songschrijver was en over een topstel stembanden beschikte. En tijdens het concert bleek niets minder waar. Hoe kan je je weekend beter beginnen dan met de karakteristieke stem van Gunther omringd met 4 topmuzikanten!

Uiteindelijk is het dan zover. De band komt het podium op en steekt onmiddellijk van wal met het eerder experimentele ‘Revelation Man’. Met een ouverture voor bas en piano bloeide deze song mooi open en was de toon meteen gezet. Mooie samenzang met Bruno Deneckere (die zich net als bij de Rolls als een meesterlijk gitarist toonde) tijdens ‘The Same’, wat over een bijna-doodservaring ging.
Ook ‘Man for the job’ paste als een handschoen en bleek geknipt voor deze starcast band en werd dan ook nog eens loepzuiver gezongen. ‘Go Easy Now’ ging over afscheid en de twang van de lapsteel maakte de luisterervaring alleen maar dieper.

Het, door de prachtige klanken uit de viool van Niels, opgeluisterde ‘Revery’ handelde dan weer over het thema van de gruuten dorst op een huppelende beat van drummer Niels Delvaux. ‘Oh My Sweet Carolina’ van Ryan Adams klonk als vintage James Taylor en was dus weer een staaltje tijdloze folkpop. Dan nam Gunther Verspecht zelf plaats achter de piano en mocht Nils alweer de toetsen even inruilen voor de viool voor de ontwapenende schoonheid van ‘Wolfman’, tevens de titeltrack van Stash zijn geweldige comeback-album uit 2019.

Dan was het tijd voor een cover, hier Daniel Lanois zijn “Louise” dat door alle mooie tierlantijntjes een karaten legering meekreeg en toen was het tijd voor een korte pauze. De gezellig gevulde zaal van de Linde kon zich tegoed doen aan Girardin geuze, framboise en kriek en op de tonen van de verstilde weemoed van ‘Rock ’n Roll Show’ vloog onze superband er weer uiterst krachtig in en mochten we ons bij wijze van zachte landing neervleien op ‘Hill’.‘Thirsty as a Flower’ was als een intergalactische bloemencorso over de oneindigheid van de kosmos, ofzo, maar handelde ook over de mojo devil gedijend op een bedje van kristalheldere gitaren. Toen ‘Rain’ werd ingezet, dachten we dat we naar waarempel the band aan het luisteren waren, maar het was als een zoen van een regenachtige Stash (the lost will be found) met heerlijk blendende samenzang van de voltallige band.

Dan is het tijd voor de monsterhit van zo’n 15 jaar geleden ‘Sadness’, dat met zijn akoestische intro en lapsteel een extra dimensie meekreeg. Luchtiger ging het er aan toe op de Villa Ponderosa over een zekere ‘Rosa’ met Ierse folk in galop over een gewillige deerne met ingebouwde flarden ‘Jolene’ (Dolly Parton) en ‘Folsom Prison’ (Johnny Cash). ‘It ain’t no sin to be forgiving’ zoals gezegd in het lied ‘Sinner’ en waarbij we ondertussen ook aan het einde zijn van deze fantastische tweede set. Gelukkig kregen we nog twee bisnummers waarvan de eerste ‘Blackbirds’ was, een duo voor Nils de Caster en Stash waarbij de denkbeeldige kraaien circuleerden over een door liefde uitgeleefd nest zonder eieren at all…
Kers op de taart was het aan Sixteen Horsepower ontleende ‘Strawfoot’ waarbij de mandoline ons op grootse wijze uitwuifde. Zoveel talent en klasse in één band met vuur en passie op een podium, een mens zou er lyrisch van worden...

Zoveel talent en klasse in één band met een meer dan zalvende dosis vuur en passie op een podium, een mens zou er lyrisch van worden... Merci Stash & Co, en natuurlijk de geweldige mensen van Toogenblik, en graag tot een volgende gelegenheid!

MEDIA

YOUTUBE

december 2023

Je kanaal heeft tot nu toe 23.243 weergaven gegenereerd!

Ons youtube-kanaal is een groot succes, al meer dan 23.000 weergaven van één van de filmpjes die we erop gezet hebben werden bekeken. Voornamelijk filmpjes van de artiesten die opgetreden hebben op allemaal warm maar ook vele korte filmpjes van Dansbaar, Midlive & Gunther Verspecht van Stash!. Ga vlug eens kijken of er niets voor jou tussen staat...    Youtube

Podcast

‎Allemaal Warm Rockt met Gilbert Looskens - Podcast on Apple Podcasts
‎Music · 2021
Allemaal Warm Rockt met Gilbert Looskens - Podcast
Gilbert Looskens is al 40 jaar dj en voor die gelegenheid brengt hij 20 maal een top 40-lijst uit met enorm veel hits uit de voorbije 60 jaar, van 1961 tot 2021
Top! Je hebt je succesvol ingeschreven.
Top! Nu nog de betaling afronden voor volledige toegang.
Welkom terug! Je bent succesvol ingelogd.
Yes! je account is volledig geactiveerd, je hebt nu toegang to alle inhoud.